Interview in BN De Stem met Robin van der Helm: 'Geen ivoren toren, de straat op'

© Ron Magielse / het fotoburo

Veel Oosterhouters kennen de nieuwe wethouder Robin van der Helm nog uit zijn horecatijd. Wat heeft hij nog meer in zijn mars?

Wethouder Robin van der Helm: 'Je moet als wethouder niet in je eentje met oplossingen komen. Hoe meer partijen je bij een project of probleem betrekt, hoe beter.'

Koud anderhalf jaar na zijn entree in de gemeenteraad is Robin van der Helm (VVD) gepromoveerd tot wethouder. Van der Helm (34) neemt de plaats in van Jan Peters die vanwege hartklachten moest terugtreden. Een gesprek met een multitalent.

Wat vindt u zelf van deze bliksemcarrière?

"Het overkomt je. Het zat niet in de planning. We waren alleen met de gezondheid van Jan Peters bezig. Gelukkig zei hij op een gegeven moment: 'Jullie zijn me niet kwijt hoor'. En: 'Als jullie willen, sluit ik weer aan in de raad'. Dan ga je beseffen dat straks de grote vraag komt. Ik heb met Jan Peters gepraat en een rondje gedaan langs allerlei mensen. Daarna hoefde ik niet lang meer na te denken."

U kunt goed tekenen, sleutelt aan auto's, u heeft bestuursrecht en bestuurskunde gestudeerd en u bent sportief. Bent u een multitalent?

"Ik vind het leuk om aan oldtimers te sleutelen, te skiën, ik werk graag met mijn handen, maar ook met mijn verstand. Ik vind het heerlijk om oplossingen te bedenken voor problemen waarvan de uitkomst niet vastligt. Daar kwam ik achter tijdens mijn studie bestuursrecht aan de universiteit van Tilburg. Bestuursrecht is zwart-wit. Je krijgt gelijk of niet. Ik merkte dat ik dat niet boeiend vond. Op dat moment begon een groepje bevlogen leraren als Wim van de Donk, de huidige commissaris van de koning, en Pieter Tops met een klasje bestuurskunde. Zij kijken heel praktisch naar kwesties in de maatschappij. Je moet zorgen dat je goed begrijpt wat er speelt. Ga eerst met de mensen praten en zoek samen naar oplossingen. Dat is heel iets anders dan als wethouder of ambtenaar bepalen wat goed is voor de mensheid. Bestuurders zitten vaak in een ivoren toren. Ik zat daar altijd over te mopperen tegen mijn vrouw. Zij zei: 'Als je het allemaal zo goed weet, ga dan zelf de politiek in.' Tja, dat heb ik gedaan. Ik ga in ieder geval niet in die ivoren toren zitten. Je moet de straat op, het winkelcentrum in, de werkvloer op. Je weet van tevoren nooit wat eruit komt. Het zoeken naar een oplossing geeft mij voldoening. Daar komt bij dat ik ontieglijk eigenwijs ben en ervan overtuigd ben dat er altijd een oplossing is."

Wordt dat ook uw stijl als wethouder? Problemen en projecten doorgronden, met iedereen praten en samen een oplossing zoeken?

"Ja. Je moet als wethouder niet in je eentje met oplossingen komen. Als je er meer partijen bij betrekt, wordt een plan beter. Het is altijd een grote puzzel en iedereen heeft een stukje van de oplossing."

Op de website van de VVD zegt u dat u voor 'een kleine overheid' bent, u wilt 'meer doen met minder middelen' en u houdt van auto's. Bent u een klassieke liberaal?

"Haha, ik ben liberaal, maar wel in de breedste zin van het woord. Ik ben geen decadente bobo die met een vlinderdasje op dure feestjes rondhuppelt, als u dat soms verwacht. Verder sleutel ik aan oldtimers, maar dat is wat anders dan een dure auto kopen. Ik spaar geld uit zo. En een kleine overheid is inderdaad een streven. Ik heb in mijn werk als adviseur van gemeentes geregeld gemerkt dat de overheid belemmerend werkt. Er is zoveel beleid en er zijn zoveel regels. Dat houdt de boel vaak onnodig op."

Wat is uw ambitie na het wethouderschap in Oosterhout? Den Haag?

"Ik heb vooralsnog geen plannen richting Den Haag. Ik heb net de overstap gemaakt van de commerciële wereld naar de publieke. Of dat een definitieve is, weet ik nog niet."

Uit wat voor nest komt u?

"Ik kom uit een echt Libelle- gezin. Jan, Jans en de kinderen. Mijn ouders zijn vanaf hun zestiende bij elkaar. Vader is beleidsmedewerker bij de gemeente Breda, mijn moeder is telefoniste. Drie kinderen. Nooit ruzie. Veel vrijheid. Aan tafel veel discussies over ontwikkelingen in de wereld. Een warm nest om in op te groeien."

U heeft tien jaar in de horeca gewerkt. Wat heeft u dat gebracht?

"Ik was vroeger onzeker en verlegen. Dat leer je af in de horeca. Het ene moment sta je plat Oosterhouts te praten met een boer om vervolgens over te schakelen naar een gesprek met de tandarts. Zo bouw je mensenkennis op en groeit je zelfvertrouwen. Ik kan het iedereen aanraden."

Waarom woont u graag in Oosterhout?

"Ik hou van de natuur, de rust en de warmte van een dorp, maar wel met stedelijke voorzieningen als een mooi theater en een goed zwembad. Alles wat ik nodig heb. Oosterhout is nuchter, terwijl het een prachtige stad is. Iets dat meer mensen zouden mogen zeggen."


DOOR ROB MUSTERS