De Oosterhoutse VVD kijkt over het hoogtepunt van de “lockdown” heen en voorziet op middellange termijn diverse risico’s voor (bouw)aannemers. Risico’s die we kunnen voorkomen door nu maatregelen te treffen. De afgelopen jaren hebben veel bouwbedrijven het erg zwaar gehad. De economische crisis was nog niet voorbij of PAS en PFAS zorgden voor vertraging voor bouwaannemers met alle gevolgen van dien. Toen de verwachting weer positief was, werd de wereld geteisterd doorhet coronavirus. Door het bestrijden van het coronavirus en het opvolgen van de RIVM richtlijnen werken veel ambtenaren thuis. Ondanks alle goede voorzieningen voor het thuiswerken geeft dat mogelijk vertraging in het voorbereiden van nieuwe werken en het verlenen van vergunningen.
In algemene zin hebben bouwaannemers op korte termijn de orderportefeuilles wel gevuld, echter op middellange termijn en zeker richting Q4 en Q1 2021 maken de bouwaannemers zich grote zorgen. Met name of dat er wel genoeg nieuwe werken op de markt komen. Het duurt immers een bepaalde periode om werken voor te bereiden en vergunningen verleend te krijgen.
Daarnaast zien we dat een belangrijke pijler voor onze toekomst, namelijk het bouwen van de benodigde woningen onder druk staat. Breda ervaart deze druk eveneens en past een versnelling toe in het woningprogramma.
De VVD zou dan ook graag zien dat er voldoende werken op de markt worden gebracht om stagnatie te voorkomen. De VVD vraagt het college hier zich maximaal voor in te spannen.
In dat kader heeft de VVD de volgende vragen:
1. Is het college het met de VVD eens dat (bouw)aannemers niet onnodig zonder werk moeten komen te zitten doordat er te weinig werk op de markt wordt gebracht vanwege stagnatie in de voorbereiding?
2. Kan het college aangeven wat de werkvoorraad is die de komende kwartalen op de markt gebracht gaat worden en is dit eenzelfde hoeveelheid als voorgaande perioden/jaren?
3. Heeft het college in beeld wat de nieuwe werkvoorraad is die vanaf Q3 op de markt komt?
4. Indien er minder werk op de markt gebracht gaat worden, wat gaat het college hieraan doen?
5. Is het college bereid om toekomstige uitvoeringen van werkzaamheden naar voren te halen zodat er voldoende werk voor handen is?
6. Is het mogelijk nu er minder verkeer is, om noodzakelijk onderhoud naar voren te halen? Hierdoor blijven we werken aan een bereikbare stad en wordt de overlast beperkt.
7. Is het college bereid om een versnelling in het woningprogramma toe te passen?