Minder
bezoekers van de binnenstad en een toename van de leegstand in het Oosterhoutse
centrum. Dat is niets nieuws. Reden genoeg voor ondernemers, vastgoedeigenaren,
bewoners, bezoekers, toeristische instellingen en onderwijsinstellingen om een
programma Bruisende binnenstad op te stellen.
Het
programma Bruisende Binnenstad is onderdeel geworden van het
uitvoeringsprogramma binnenstad dat afgelopen week in de gemeenteraad besproken
is. De gemeenteraad kon er niets over besluiten, maar mocht wel haar mening
geven over het proces dat doorlopen is en de plannen die gemaakt zijn. En
natuurlijk wordt de input van de gemeenteraad meegenomen in de verdere uitvoering.
Voor
de VVD was een aantal zaken glashelder. Ja, er zijn grote problemen in de
binnenstad. De leegstand is meer dan zorgwekkend en als we al niet in een
neergaande spiraal zouden zitten, dan duurt het niet lang meer voordat we er
wel in zitten.
Daarnaast
is het ook een feit dat het verleden niet meer terug komt. Mensen hebben niet
significant meer te besteden dan pakweg 10 jaar geleden en mensen kopen meer
online dan 10 jaar geleden. Uit
deze twee uitgangspunten kun je een eenvoudige conclusie trekken: het geld dat
mensen besteden in een “offline” winkelgebied zal minder zijn dan vroeger.
Betekent dit dat offline winkels ten dode opgeschreven zijn? Nee. Het betekent
wel dat de winkel van de toekomst anders zal zijn dan de winkel uit het verleden
en dat de ondernemers aan zet zijn om in te springen op de wensen van de
consument van de toekomst.
Onze
hele bijdrage was erop gebaseerd dat de gemeente vooral de ondernemers moet
ondersteunen bij het ondernemen. De gemeente, maar dat geldt ook voor de gemeenteraadsleden,
moet niet namens de ondernemers gaan bepalen hoe zij toekomst-bestendig zouden moeten
ondernemen. Dat zou de wereld op zijn kop zijn.
Ondernemers
zouden uitstekend in staat moeten zijn om te bepalen welke stappen gezet moeten
worden en te bepalen waar hun toegevoegde waarde voor de toekomst ligt. Als de
winkeliers uit ons winkelgebied plannen bedenken en het samen eens zijn wat er
moet gebeuren, dan is het wel de bedoeling dat de gemeente hier zo veel als
mogelijk bij ondersteunt. Als de winkelier bijvoorbeeld besluiten dat ze op
zaterdag tot 20.00 uur open willen zijn, dan kan de gemeente dat mogelijk
maken. Dat is heel iets anders dan dat de gemeente besluit dat alle winkeliers
op zaterdagavond tot 20.00 uur open moeten blijven. Zo werkt het natuurlijk
niet.
Betekent
dit dat de gemeente een vooral passieve rol aan moet nemen? Nee, verre van dat.
Neem bijvoorbeeld Citymarketing. Dit is bij uitstek een taak van de gemeente.
Oosterhout heeft een zogenaamde sub-regionale rol en Oosterhout op de kaart
zetten is echt iets voor de gemeente. Zoals zorgen dat mooie bedrijven zich in
Oosterhout willen vestigen een rol van de gemeente moet zijn. Natuurlijk zijn
we trots als Oosterhout een H&M naar Oosterhout weet te krijgen!
Oftewel:
de gemeente moet de ondernemers vooral de mogelijkheid geven om te ondernemen. Het
is mislukt als de gemeente op een moment door een ondernemer aangesproken wordt
die aangeeft dat een plan van hem of haar, dat geen schade aan het centrum en
haar bewoners berokkende, niet uitgevoerd kon worden omdat de gemeente geen
vergunning wilde verlenen en in plaats daarvan handhavend op is gaan treden. Wat
zou dat droevig zijn!